Een boek is als een gerecht. Het verhaal is het recept, de personages, omgeving en gebeurtenissen zijn de ingrediënten. Een bestanddeel dat niet mag ontbreken in mijn nieuwe fantasy-verhaal is de slechterik. Heerlijk is het, om deze smaakmaker te kneden en vorm te geven. Hij geeft straks het zure en bittere aan het gerecht, dat tot nu toe alleen zoet was. Aan mij de taak om hem op temperatuur te laten komen en te laten rijzen.
Het nieuwe verhaal vordert gestaag, lieve lezer.
Inmiddels zijn de eerste – de meest belangrijke – personages aan je voorgesteld: Iris en generaal Quol. Een onafhankelijke vrouw, opgegroeid in een geëmancipeerde wereld, tegenover een starre bevelhebber die elke vorm van tegenspraak in de kiem smoort. Het leidt tot een voortdurend gevecht, dat zich niet alleen afspeelt op het mentale vlak. Nadat ze van het ene op het andere moment in een totaal andere wereld is geworpen, komt Iris er al snel achter dat ze zich moet aanpassen om te overleven.

De sjeu
Onnodig om te vermelden dat Quol de slechterik is in dit verhaal, de antagonist. De tegenstander van het goede, zodat dat niet regelrecht, zonder tegenwerking, doorgaat naar het einde van het verhaal. In dat geval zou het een zeer dun boekje worden, en behoorlijk saai bovendien. Mijn generaal is de sjeu in het verhaal, de aanjager die de energie onder het verhaal zo nu en dan flink doet oplaaien.
Heerlijk vind ik dat: schrijven over de slechterik. De betovering van de toren kent er ook een en ik heb gemerkt dat die personages mij het beste liggen. Wanneer de slechteriken aan de beurt zijn, kruip ik met het grootste gemak in hun donkere brein. Dan komen de woorden als vanzelf en schieten de zinnen door mijn hoofd, soms sneller dan mijn aanslagvaardige vingers aankunnen. De actie die hij doet, de redenen waarom: het is me direct helemaal duidelijk. In een mum van tijd heb ik het hoofdstuk voltooid.
De vrede
Wat volgt, is een periode van een soort rust, waarin de protagonist, de held, de rol in het verhaal weer overneemt. Er heerst vrede. En dat is het moment waar je als schrijver een beetje tegen aan kunt hikken: hoe houd je spanning in dat deel van je verhaal waar de rust een grote plaats inneemt? Het klinkt makkelijker dan het is: door de rust doorgaans wat chaos mee te geven en de slechterik af en toe eens af te remmen. Oftewel: de held(in – in dit geval) hoeft niet altijd het vredige te brengen en de slechterik mag ook best eens zijn zachte kant laten zien.
Wees gerust, er zijn genoeg elementen toegevoegd om mijn hoofdpersonage Iris bezig te houden. Er is één persoon die haar kan helpen terug te keren naar haar eigen wereld. Op haar zoektocht naar diegene komt ze veel aan de weet. Onder andere dat er naast generaal Quol nog tal van andere snoodaards zijn die het op haar hebben gemunt.
En op zo’n moment kom ik weer in mijn element.
Schrijven over een slechterik: heerlijk!
