Voor degenen die mij nog niet zo goed kennen: ik ben een beetje een eenling. Iemand die een groot deel van haar leven nogal onder een platte steen heeft geleefd en die daar de afgelopen twee jaar beetje bij beetje onder vandaan kruipt. Het verschijnen van De Betovering van de Toren en Euphorbia heeft me inmiddels een paar stevige, stoute schoenen opgeleverd, waarmee ik af en toe een uitstapje maak. Een van die uitstapjes is het meedoen aan een schrijfwedstrijd.
Een uitdagend thema
De uitdaging hiervan is in mijn ogen niet zozeer het winnen, maar het schrijven aan de hand van een vooraf opgegeven thema. En ja, winnen ís leuk, maar het is lastig om een meerkoppige jury unaniem tevreden te stellen. Zo is het immers ook met schrijven van boeken: de ene lezer kan het zeer bekoren, een ander niet.
Vorig jaar oktober zond ik mijn eerste inschrijving in, die een mooie derde plaats won. Bij De Zilveren Strop-wedstrijd van Hebban eindigde mijn inzending op de achtste plaats – waar ik enorm trots op ben – en over een maand hoop ik iets te horen over een derde, nog lopende, wedstrijd.
Nadat in september vorig jaar Euphorbia was uitgebracht, besloot ik ook een gooi te doen naar de schrijfwedstrijd van Kobo. Het thema was ‘Een (on)gewone relatie’ en dat kon op allerlei manieren worden uitgewerkt. Het was wel een thema waar ik flink over moest nadenken, maar toen de woorden eenmaal kwamen, was er geen stoppen meer aan. Binnen een maandje of twee lag er een gloednieuw verhaal.
Het gekke – en eigenlijk vind ik dat ook wel weer ontzettend leuk – is dat het in zo’n beetje alles verschilt van de twee vorige boeken.
- Het is geen thriller;
- heeft geen jongvolwassen hoofdpersonage;
- het perspectief is anders;
- en het onderwerp staat mijlenver af van dat van De Betovering van de Toren en Euphorbia.
Dat is dus het waardevolle dat een schrijfwedstrijd kan opleveren:
een verhaal dat de schrijver ervan zelf verrast.
Helaas was het te kort om aan de Kobo-wedstrijd mee te kunnen doen en het verhaal belandde keurig in een map op de digitale plank. Daar bleef het liggen…
… tot het begon te klapperen en te sidderen en het eruit moest.
Op onderzoek uit
Omdat het schrijfsel een onderwerp heeft waar ik helemaal niet mee te maken heb (waarom ik het dan toch schreef? Geen idee. En juist daarom intrigeert dit verhaal me zo), begon ik het te versturen naar instanties en experts, met het verzoek of zij het verhaal wilden lezen en mij wilden zeggen of in het verhaal een juist beeld wordt geschetst. Op één (positieve) uitzondering na heb ik helaas geen enkele terugkoppeling ontvangen.
Daarna ben ik op zoek gegaan naar mensen die in hun dagelijks leven met het onderwerp van mijn verhaal te maken hebben. De reacties van deze ervaringsdeskundigen waren mooier dan ik had durven hopen.
Maar daarover binnenkort meer 😉